Vlag

Ze kan ons thuis niet ontvangen, thuis voelt ze zich niet veilig met vreemden in huis. In de spreekkamer van haar steun en toeverlaat, sociaal psychiatrisch verpleegkundige Linda, kan het wel. We zitten tegenover haar in een kleine steriele kamer. Een frêle vrouw, sportief gekleed, schuchtere blik. Ze begint te ‘ratelen’ zodra we een vraag stellen. Mechanisch en monotoon, alsof ze de woorden van iemand anders heeft geleend. De woorden leiden een eigen leven, contact maakt ze nauwelijks, er is angst in haar ogen. Af en toe lijkt ze ons letterlijk te verliezen. Later zou ze zeggen dat ze ‘uitcheckt’ als het haar teveel wordt.

Het was een trauma, dat haar leven veranderde.

Clara kan nog steeds niet begrijpen waarom het haar is overkomen. Ze was een gewaardeerde juf op de basisschool, iemand die een zwak had voor kwetsbare kinderen, omdat ze zelf ook een breekbaar kind was. Op haar 47e werd ze door een ouder beschuldigd van seksueel misbruik van haar dochtertje. Onterecht. Ze herinnert zich de paniek, de angst, de afwijzing, hoe de leiding van de school het af liet weten. Het was een trauma, dat haar leven veranderde. Ze was uitgerangeerd. Uit de rails gelopen. Stress, angst, paniek, en onrust namen bezit van haar en lieten haar niet meer los. Jarenlange behandelingen sloegen niet aan.

Na drie gesprekken mogen wij bij haar thuis op bezoek komen: we zijn geen vreemden meer. Ze is rustiger nu ze ons vertrouwt, ze wil graag op korte termijn euthanasie. “En ik weet al wat ik aantrek.” Het contact met haar zussen heeft ze hersteld. Ze snakt naar begrip voor haar besluit, naar erkenning van haar lijden. Maar erg gul zijn de zussen niet. Op de dag van de uitvoering zwaait de deur open, Clara staat in de deuropening en begroet ons hartelijk, ze lijkt bijna blij ons te zien. Linda is in de huiskamer, de zussen zijn er ook. Clara oogt opgewekt, trekt zich niets aan van het ongemak van de zussen. Als ze op bed ligt, en Linda haar hand vasthoudt, kijkt ze ons aan en zegt: “Weet je waarom ik dit rood-wit-blauwe shirt aan heb? Omdat vandaag de vlag uit kan.”