‘Ik kon steeds meer achter het verzoek gaan staan.’

Als huisarts Anne Marie Sprengers een euthanasieverzoek krijgt van een patiënte van 59 jaar met multiple sclerose (MS) weet zij even niet wat zij met de vraag aan moet. Zij vraagt ondersteuning van Expertisecentrum Euthanasie.

In de twintig jaar dat Anne Marie Sprengers als huisarts in het gezondheidscentrum in Utrecht werkt, heeft zij maximaal tien keer euthanasie verleend. “Soms is het drie keer per jaar; dan weer een hele tijd niet”, vertelt zij. “Het voelt zeker niet als routine. Het blijft elke keer weer bijzonder.”

Alle keren dat zij een euthanasietraject met iemand doorliep, waren het patiënten die terminaal waren. Tot die keer dat een vrouw met MS zich bij haar meldt. “Deze mevrouw was als patiënte bij mij gekomen na het vertrek van een collega uit onze praktijk”, vertelt Sprengers. “Ik had één keer een kennismakingsgesprek met haar gehad en verder was ons contact via de mail verlopen. Het contact was nooit makkelijk, omdat ze teleurstellende ervaringen had met de gezondheidszorg en zich altijd zeer kritisch opstelde. We konden het niet snel goed doen. Op een gegeven moment werd ik gebeld door de oogafdeling van het ziekenhuis. Mevrouw was door een complicatie bij de immuuntherapie plotseling blind geworden en gaf aan dat zij euthanasie wilde. Ik had dat niet verwacht en voelde me daar erg door overvallen.”

Stellig

“Ik kon het me op zich wel voorstellen”, legt Sprengers uit. “De worsteling met MS en nu ook die blindheid erbij, maar ik wilde meer weten. Het moest voor mezelf ook goed voelen om te kunnen voldoen aan haar verzoek. Ik heb haar opgezocht in het ziekenhuis en een uur met haar gepraat over haar ziekteproces, de blindheid en hoe het op dat moment met haar ging. Later ben ik ook bij haar thuis geweest. Het was lastig communiceren. Ze was heel stellig in haar verzoek en toonde weinig emotie. Ze was niet bereid nog langer af te wachten hoe haar ziekteproces verder zou verlopen. Voor mij was het lastig om te beoordelen of ik in het euthanasietraject aan alle wettelijke criteria zou kunnen voldoen. Lag er bijvoorbeeld geen depressie onder haar wens, of psychisch lijden? Tijdens het sparren hierover met collega’s gaf een van hen aan dat zij goede ervaringen had met Expertisecentrum Euthanasie. ‘Zij kunnen mee op huisbezoek of telefonisch advies geven’, hoorde ik. Toen heb ik contact opgenomen.”

‘Mijn patiënte oefende druk uit. Zij wilde het liefst morgen euthanasie.’

Weloverwogen

Tijdens het eerste telefoongesprek met de consulent euthanasie van het expertisecentrum kreeg de huisarts tips over de punten waarop zij kon doorvragen in een gesprek met de patiënte. “Mevrouw leefde een heel geïsoleerd bestaan. Zij had een klein netwerk. Ik wilde erachter komen hoe dat zo gekomen was. Ook was het belangrijk door te vragen hoe zij in het leven stond, zodat ik een eventuele depressie kon uitsluiten. Bij een volgend bezoek is de consulent euthanasie meegegaan. Hij vroeg haar vooral waarom zij er niet voor koos om te revalideren, of een andere therapie te volgen. Het gesprek hielp mij heel erg om een goed beeld te krijgen. De patiënte was niet depressief, kon nog wel genieten van dingen, maar was klaar met het lijden. Zij vond dat zij lang genoeg had gestreden. Ik zag steeds meer dat haar keuze weloverwogen was en leerde hoe zij in het leven stond. Dat voelde voor mij goed. Ik kon steeds meer achter het verzoek gaan staan.”

Appèl

“De consulent euthanasie had benadrukt, dat ik ook de tijd voor mezelf moest nemen. Mijn patiënte oefende druk uit. Zij wilde het liefst morgen euthanasie. Ik werd een beetje meegezogen door dat dringende appèl. Toen we beiden zover waren, hebben we de SCEN-arts gebeld en heb ik met de patiënte een datum vastgesteld. Helaas kreeg zij de dag voordat de SCEN-arts zou komen een herseninfarct. In het ziekenhuis bleek zij eenzijdig verlamd en ze kon nog maar moeilijk praten. De SCEN-arts heeft haar bezocht en gelukkig oordeelde hij positief over het euthanasieverzoek. Het ziekenhuis wilde echter niet meewerken aan de uitvoering van het verzoek. Uiteindelijk is mevrouw met een ambulance naar huis gebracht. Daar heb ik haar een paar dagen laten euthanasie kunnen verlenen.”

‘Het kan enorm helpen als je als huisarts iemand hebt om mee te sparren.’

Zorgvuldigheidseisen

“Het is een casus die me lang bij zal blijven. Ik heb het gevoel dat ik haar goed heb kunnen helpen, dat ik echt iets voor haar heb kunnen betekenen. De consulent heeft nog gevraagd of ik ondersteuning nodig had bij het praktische deel van de euthanasie, maar dat was niet nodig. De vraag die ik had, lag meer op de beoordeling of ik met deze casus aan alle zorgvuldigheidseisen kon voldoen. Het heeft mij enorm geholpen dat ik iemand had die mij liet zien op welke onderwerpen ik kon doorvragen en op welke manier. Zo kon ik een beter beeld krijgen. Ik voelde me echt gesteund en het was fijn om met een onafhankelijke deskundige te kunnen overleggen. De uitvoering van de euthanasie zelf was niet nieuw voor mij en daarom vormde dat geen enkel punt.”

Helpen

Sprengers vindt dat het werk van de consulent euthanasie wel wat meer voor het voetlicht mag worden gebracht. “Dat iemand met je kan meedenken, kan adviseren en mee kan gaan op huisbezoek mag wat mij betreft meer gepromoot worden. Huisartsen kunnen de neiging hebben om een euthanasieverzoek over te dragen aan Expertisecentrum Euthanasie. Maar soms zijn er wachttijden voor de patiënten en bovendien kost overdragen ook tijd. Het contact met de consulent was in mijn geval snel gelegd. Ik heb ervaren dat het enorm kan helpen als je als huisarts iemand hebt om mee te sparren.”

Tekst: Annerieke Dekker © Expertisecentrum Euthanasie

5 Jaar consulent euthanasie

Sinds vijf jaar biedt Expertisecentrum Euthanasie de diensten aan van de consulent euthanasie. Na een aarzelende start vinden nu steeds meer artsen hun weg naar de consulent. Dit jaar begeleidde het expertisecentrum al 223 huisartsen en medisch specialisten bij euthanasietrajecten van hun patiënten. In totaal werken er acht consulent-verpleegkundigen en acht consulent-artsen bij het expertisecentrum. De consulenten worden betaald door de stichting Vrienden van
Expertisecentrum Euthanasie. Door de expertise te delen met het werkveld kunnen (huis)artsen zelf het verzoek van hun patiënt op zich nemen en hoeft de hulpvrager zich niet tot onbekende behandelaars te richten.

Geplaatst op Fotografie: Martijn Beekman