Vooronderzoek

Vroegtijdige communicatie over het levenseinde

Vooronderzoek vindt plaats wanneer een patiënt heeft aangegeven mogelijk in de toekomst euthanasie te willen. De patiënt kan deze wens bijvoorbeeld uiten nadat de diagnose dementie gesteld is, maar ook nadat de diagnose kanker is gesteld.  Er is dan nog geen sprake van een actueel euthanasieverzoek. De patiënt geeft zijn (of haar) wensen aan voor een situatie die mogelijk in de toekomst ontstaat, waarbij hij euthanasie wenst als het lijden voor hem ondraaglijk en uitzichtloos is geworden.

Belangrijke aandachtspunten in deze fase

Advance Care Planning (ACP)
Het is van belang om in de fase voordat ernstige klachten ontstaan wensen en verwachtingen op elkaar af te stemmen. Bij ACP beslist de patiënt zelf, in overleg met u, voor verschillende scenario’s welke acties er ondernomen moeten worden als een dergelijk scenario aan de orde komt. Zo maakt u samen met de patiënt en andere betrokkenen afspraken over de invulling van de laatste levensfase. Het resultaat is dat het voor zorgverleners en ook naasten eenvoudiger wordt om beslissingen te nemen tijdens de zorg bij het levenseinde. Voor u is het van belang dat uw eigen standpunten besproken worden, met name het standpunt ten opzichte van euthanasie. Regelmatige bespreking, actualisatie en herbevestiging van de wilsverklaring zorgt ervoor dat de patiënt ervan kan uitgaan dat u weet wat zijn wens is en wat voor hem ondraaglijk is.

Verslaglegging
Zorgvuldige aantekeningen in het journaal van het besprokene met de patiënt zijn essentieel; u beschrijft hoe bepaalde besluiten tot stand zijn gekomen, waarom sommige mogelijkheden wel en andere niet toegepast zijn.

Specialistenbrieven met diagnoses die oorzaak zijn van het lijden
Specialistenbrieven geven een indruk van de diagnose, de progressie en het ontbreken van redelijke behandelopties van de patiënt.

Zo nodig een schriftelijk euthanasieverzoek (wils- of wensverklaring)
In een schriftelijk euthanasieverzoek schrijft de patiënt op onder welke omstandigheden hij (of zij) euthanasie zou willen. U kunt, als de patiënt dat wil, met uw patiënt meedenken hoe hij dat kan verwoorden. Het is nodig dat de patiënt in het schriftelijk verzoek duidelijk aangeeft wat hij als ondraaglijk en uitzichtloos lijden beschouwt. De patiënt moet onder het schriftelijk euthanasieverzoek zijn naam, de datum en handtekening zetten.

Een schriftelijk euthanasieverzoek is belangrijk als de patiënt zo ernstig ziek wordt dat hij zelf niet meer in staat is om zijn euthanasieverzoek met u te bespreken. Mocht communicatie door omstandigheden of plotselinge achteruitgang niet langer mogelijk zijn, dan kan het schriftelijke verzoek in plaats treden van het mondelinge euthanasieverzoek. U kunt dan nog steeds gehoor geven aan het euthanasieverzoek, mits het verzoek voldoet aan de zorgvuldigheidseisen. Een schriftelijk euthanasieverzoek is niet wettelijk vereist.